1. Let op de volgende signalen:

• Lage lichaamshouding,
• Staart tussen de achterpoten,
• Oren naar achteren,
• Beven/ trillen,
• Hijgen,
• Maakt contact voor steun óf wil zich juist verstoppen,
• Verstijven,

Let ook op stress-signalen zoals: likken van de lippen of neus, wegkijken, een poot optillen, gapen.

2. Zorg ervoor dat je hond zich veilig voelt

Je eerst prioriteit is dat je je bange hond helpt zich veilig te voelen. Afhankelijk van het probleem kun je dit op verschillende manieren aanpakken.

Misschien heeft je hond een eigen plekje (zoals een bench of hondenbed) nodig waar hij heen kan gaan als hij zich wil terugtrekken omdat er kinderen of vreemden in huis zijn.

Misschien kun je je hond helpen door tegen mensen te zeggen dat ze je hond niet mogen aaien omdat jouw hond zich daar niet prettig bij voelt.

Misschien kun je op speciale tijden gaan wandelen zodat je hond niet in aanraking hoeft te komen met hetgeen waar hij bang voor is; andere honden, vreemde mensen, fietsers etc.

Misschien kun je je hond helpen door te kiezen voor een voorspelbare routine en door hem zelf keuzes te laten maken wanneer dat mogelijk is.

Het houdt in dat je een plan bedenkt waarmee je je hond langzaam en geleidelijk leert om steeds minder bang te zijn. Dit kun je doen met behulp van counterconditionering en desensitisatie. Je kunt hier o.a. ook over lezen in de artikelen over nagels knippen en dierenartstraining.

3. Straf je hond niet

Misschien straf je je sowieso hond nooit, aangezien steeds meer mensen zich realiseren dat beloningsgericht trainen en opvoeden beter zijn voor je hond. Maar als een hond bang is, dan is het extra belangrijk dat je stopt met straffen want je loopt het risico dat je hond nóg banger wordt en zelfs bang van jou wordt.

Je hond is al gestresst door hetgeen waar hij bang voor is. Je wilt de stress niet nog erger maken door aversieve methoden te gebruiken, door hem pijn te doen of te dwingen.

Als er gedrag is wat je wilt veranderen, richt je dan volledig op een beloningsgerichte aanpak om je hond te leren welk gedrag je liever van hem ziet.

Gebruik hoogwaardige beloningen en herhaal de oefening vaak, zodat het nieuwe gedrag versterkt wordt.

4. Je mag je hond troosten

Het is oké om een bange hond gerust te stellen als je denkt dat je hond daar behoefte aan heeft. Niet alle honden willen dit; sommige honden kruipen onder bepaalde omstandigheden liever weg en dat is ook oké. Maar sommige honden zullen toenadering zoeken tot hun eigenaar en op die manier steun zoeken.

Helaas zijn er hondentrainers – waaronder ook beroemde – die zeggen dat je een angstige hond niet mag steunen, want dan zou je de angst alleen maar versterken en alles nog veel erger maken. Dit is een mythe.

Jij bent júist de veilige basis voor je hond , dat betekent dat jouw aanwezigheid hem helpt in een stressvolle situatie.

Dus als je denkt dat je hond steun zoekt, geef die dan. Aai hem zachtjes en stel hem gerust met een zachte, vriendelijke stem.

5. Dwing je hond niet zijn angst te overwinnen

Sommige mensen raden aan om de hond met zijn angsten te confronteren. Helaas is dat geen goed advies. Men denkt dat dergelijke confrontaties ervoor zorgen dat de hond went aan hetgeen waar hij bang voor is. Maar wat er kan gebeuren is dat de hond er juist gevoeliger voor wordt en daardoor nog banger.

Honden kunnen agressie gaan inzetten om het ‘enge ding’ te laten verdwijnen. In sommige gevallen kan je hond in paniek raken of volledig bevriezen door angst. Het kan ook zijn dat je hond op alles in de omgeving gaat reageren omdat hij zo bol van de stress staat. (Als je hond bang is voor onweer en dan heb je misschien ontdekt dat je hond dan ook op andere geluiden gaat reageren, zoals deuren die gesloten worden of straatgeluiden.)

Soms doet men de suggestie om een bange hond alle maaltijden uit de hand te laten eten zodat de hond je aardig gaat vinden. Je moet je hierbij wel afvragen of de hond wel genoeg op zijn gemak is om dichterbij te komen. Als de hond te bang is om te naderen, dan is deze aanpak niet erg vriendelijk, want je dwingt de hond dichterbij te komen om te kunnen eten. Hij moet ten slotte toch een keer eten. Als je een hond al uit de hand wilt laten eten, kijk dan goed of de hond wel echt op zijn gemak is. Als je tekenen van angst ziet, zoals een lage houding en bibberen, leg het voer dan verder bij jou vandaan zodat de hond niet bang hoeft te zijn. Je kunt eventueel ook gaan zitten en wat brokjes richting de hond te gooien. Zo geef je de hond de keuze of hij de brokjes wel of niet pakt in jouw aanwezigheid.

Vergelijkbaar, lijn een bange hond ook nooit aan met een heupgordel met het idee dat de hond wel aan jou zal wennen. Een dergelijke lijn maakt het voor de hond onmogelijk om op een voor hem veilige afstand te blijven.

Vergeet niet dat het doel is dat de hond zich veilig voelt.

In plaats van je hond te dwingen zijn angsten onder ogen te zien, kun je dus beter een plan maken om hem te helpen niet meer bang te zijn. Hiermee komen we vanzelf bij de volgende tip.

6. Zoek professionele hulp

In een interview met hondentrainer Jane Sigsworth, die veel werkt met angst en agressie bij honden, zegt zij:

“Ik raad cliënten altijd aan, als er sprake is van angst en agressie, om professionele hulp in te schakelen. Een professional is op de hoogte is van de te ondernemen stappen en kan dan sneller en efficiënter vooruitgang boeken dan wanneer men zelf probeert het probleem op te lossen.”

Je hoeft je niet te schamen om hulp in te schakelen. Hoe eerder je ermee aan de slag gaat, hoe sneller je vooruitgang boekt. Ik ben ook gedragsdeskundige en ik kan u hier zeker in bij staan.

Vergeet ook niet je dierenarts te raadplegen om uit te vinden of medicatie kan helpen bij jou hond. In sommige gevallen zal men je doorverwijzen naar een veterinair gedragsdeskundige.

GEBRUIK GEEN VETRANQUIL!!

7. Neem de tijd

Het kost veel tijd om angsten bij een hond te laten verminderen, en in sommige gevallen zullen de angsten nooit helemaal verdwijnen (zelfs niet wanneer er al veel vooruitgang is geboekt).

Het is dus belangrijk om te realiseren dat het lang kan duren voordat je hond van zijn angst af is, maar ook dat bange honden ondanks de angst wel een fijn leven kunnen hebben.

Vergeet vooral niet de successen te vieren. Wanneer je geleidelijk aan verandering ziet, dan vergeet je soms wel eens hoe het eerst was. Als je daarop terug kijkt, dan realiseer je je weer hoe ver jij en je hond al zijn gekomen.

Credits

Dit artikel is geschreven door Zazie Todd, PhD, voor Companion Animal Psychology en met toestemming vertaald door Debby van Dongen.